De invoer van sojabonen in China zal vertragen en tot 2030 uiteindelijk afnemen. Dit is een gevolg van een langzamere groei van de veeteelt, voortdurende verbetering van landbouwactiviteiten en de wijdverbreide acceptatie van een lage sojameelopnameratio in voerformules in het hele land. Dat schrijft Rabobank in een nieuw rapport.
China is wereldwijd de grootste importeur van sojabonen, goed voor meer dan 60% van de wereldhandel, waarbij de invoer van sojabonen voornamelijk wordt aangedreven door pletten voor de productie van diervoeders.
Voervraag van invloed op import
Daarom zal toekomstige invoer voornamelijk worden beïnvloed door de vooruitzichten voor de vraag naar voer en de opname van sojameel in voerrantsoenen. “De verwachting is dat de opname van sojameel in voerrantsoenen zal dalen, aangezien de Chinese overheid een sojameelreductiecampagne lanceert om de afhankelijkheid van geïmporteerde sojabonen te verminderen om de voedselzekerheid te waarborgen”, vertelt Lief Chiang van de Rabobank.
Wereldwijde hervormingen
De verwachte vertraging en uiteindelijke vermindering van de invoer van sojabonen uit China zal ingrijpende gevolgen hebben voor de gehele wereldwijde toeleveringsketen en de wereldwijde handelsstromen hervormen, stelt Rabobank.
“Het zal alle deelnemers in de keten uitdagen, inclusief telers, handelaren, sojabonenbrekers, veehouders, voerfabrieken en fabrikanten van voeringrediënten. Hoewel China de grootste importeur zal blijven, zal extra groei verschuiven van China naar andere regio’s en voornamelijk worden gedreven door opkomende economieën in het Midden-Oosten, Zuidoost-Azië en Zuid-Azië”, aldus Chiang.
Andere variabelen
Hoewel de opname van sojameel in voer de grootste bepalende factor is voor de invoer van sojabonen in China, kunnen andere variabelen ook van invloed zijn op de prognoses voor de invoer van sojabonen. “Een stijgende binnenlandse sojaproductie en directe import van sojameel zou de importprognose verder verlagen, terwijl het kopen van staatsvoorraden de importhoeveelheden in sommige jaren zou verhogen”, legt Chiang uit.
Nieuwe kansen
De vermindering van de opname van sojameel in voer zal ook kansen creëren voor start-ups om nieuwe technologieën en nieuwe ingrediënten te ontwikkelen. “In een scenario met weinig sojameel zal extra gebruik van aminozuren nodig zijn om aan de voedingsbehoeften van dieren te voldoen”, legt Chenjun Pan, senior analist – dierlijk eiwit bij Rabobank, uit.
“Chinese spelers op het gebied van aminozuren zullen hiervan profiteren. De stijgende binnenlandse vraag kan het vermogen van producenten om te exporteren in gevaar brengen en buitenlandse kopers ertoe aanzetten hun toeleveringsketens te diversifiëren”, zegt Pan.
Meer gebruik van enzymen
Formules met weinig sojameel zullen ook kansen bieden aan andere fabrikanten van voeringrediënten, voorspelt Rabobank in het rapport. “De toepassing van enzymen zal bijvoorbeeld toenemen samen met het toenemende gebruik van alternatieve eiwitmaaltijden, aangezien alternatieve eiwitmaaltijden meer enzymen nodig hebben om de opname van voedingsstoffen te verbeteren en anti-nutritionele factoren te verminderen.”
Nieuwe eiwitbronnen
Daarnaast zijn er een aantal start-ups die zich richten op nieuwe bronnen van voedereiwitten, zoals insecten- en microbiële eiwitten. “Op de lange termijn zullen deze nieuwe eiwitten een positieve bijdrage leveren aan het besparen van natuurlijke hulpbronnen en het verminderen van koolstofemissies”, aldus Rabobank in het rapport.
Lees ook: Sojaproducenten VS maken herkomst sojabonen traceerbaar
