Eurocommissaris Vytenis Andriukaitis, verantwoordelijk voor gezondheid en voedselveiligheid, bracht dinsdag 28 november een werkbezoek aan de Agrifirm-fabriek in Veghel. De EFFPA (European Former Foodstuff Processors Association) organiseerde dit fabrieksbezoek als praktijkvoorbeeld van de circulaire economie: hoe worden voedingsmiddelen die niet meer gebruikt worden voor menselijke consumptie omgezet in ingrediënten van hoge kwaliteit voor diervoeder? En welke Europese regels op het gebied van voedselveiligheid zijn nodig voor de productie en transport. Circulaire economie, voedselveiligheid en terugdringen van antibioticagebruik staan hoog op de agenda van de eurocommissaris.
Verschillen in wetgeving
Tijdens het bezoek hebben vertegenwoordigers van food- en feedproducenten aan de eurocommissaris kenbaar gemaakt dat er nog steeds verschillen zijn in wetgeving in diverse EU-lidstaten. Dit bemoeilijkt het verwerken van verloren gegane levensmiddelen tot diervoeder. Zij dringen er bij Andriukaitis op aan om de regelgeving hierover te harmoniseren. Eind dit jaar zal de EU hierover richtlijnen uitbrengen die de levensmiddelen- en diervoedersector in staat zal stellen om binnen Europa meer verloren gegane voedingsmiddelen te verwerken tot veilig veevoeder.
In de EU wordt jaarlijks ongeveer 88 miljoen ton voedsel verspild. Eurocommissaris Andriukaitis refereert aan een van de Sustainable Development Goals (SDG) van de Verenigde Naties, die oproept tot een vermindering van voedselverspilling in 2030 met 50% (SDG 12.3).
Food to feed
Met 3,5 miljoen ton aan voedingsmiddelen die jaarlijks in Europa gered worden van de vergister of de vuilnisbelt, levert ‘food to feed’ een bescheiden bijdrage aan het terugdringen van voedselverspilling, stelt Agrifirm. De ambitie is om dit volume de komende jaren minimaal te verdubbelen naar 6 tot 7 miljoen ton aan voormalige voedingsmiddelen die tot feed-componenten worden verwerkt. Brancheorganisatie VIDO (Voedingsmiddelen In Diervoeder Overleg) geeft aan dat er in Nederland per jaar 200.000 ton voormalige voedingsmiddelen wordt verwerkt tot diervoeder. Hiervan verwerkt Agrifirm 45.000 ton in Veghel.
Tijdens het bezoek toonde eurocommissaris Andriukaitis zich onder de indruk van de capaciteit en technologie die het mogelijk maken om voormalige voedingsmiddelen om te zetten in zeer hoogwaardige diervoederingrediënten.
Nog veel potentie
Naast het bezoek aan de fabriek, ging de eurocommissaris met de CEO van de Royal Agrifirm Group, Dick Hordijk, in gesprek over belangrijke thema’s als voedselverspilling, voedselveiligheid en antibioticaresistentie. Daarbij gaf Hordijk aan de eurocommissaris mee dat de diervoedersector veel potentie heeft bij het verbeteren van de duurzaamheid op het gebied van grondstoffengebruik en het terugdringen van het antibioticagebruik. Op de vraag van Andriukaitis hoe deze toepassing grootschaliger toegepast kan worden, gaf Hordijk aan dat er nog veel potentie in Europa ligt bij grote voedingsmiddelenbedrijven die in Nederland al ervaring hebben, maar het internationaal nog niet overal toepassen. Ook liggen er kansen in de grote consumentenmarkten in Noord-West Europa. Voedselveiligheid staat voorop bij het ontwikkelen van nieuwe, circulaire processen. Dat stelt strenge eisen aan de producten die verwerkt kunnen worden.
Andriukaitis en Hordijk hechten beiden groot belang aan het terugdringen van de antimicrobiële resistentie. Voedzaam veevoeder is zeer belangrijk voor de gezondheid en weerbaarheid van de dieren, en hierdoor kan het antibioticagebruik omlaag. Daarnaast zijn beperkingen en de mogelijkheden voor regelgeving, zoals gezondheidsclaims, besproken.